1. Begin met een doel
De meest gemaakte fout? Starten met beschikbare data in plaats van met een specifiek probleem of doel. Het resultaat is vaak een rapport dat technisch uitstekend is, maar waar niemand echt op zat te wachten.
Begin elk dataproject met deze drie eenvoudige, maar cruciale vragen:
- Wat willen we verbeteren?
- Wat zijn de huidige kosten?
- Wat zijn de voordelen als we verbeteren?
Voorbeeld: Stel je voor dat je organisatie veel last heeft van openstaande posten, wat resulteert in een renterisico van €1.500 per maand. Door hier beter op te sturen, kun je dit risico verlagen tot €500. Dat zorgt voor een maandelijkse besparing van €1.000, puur door betere stuurinformatie.
2. Wijs een eigenaar aan voor je dataproject
In veel organisaties is data van iedereen, maar daardoor voelt niemand zich echt verantwoordelijk. Wil je dat inzichten ook daadwerkelijk gebruikt zullen worden? Je moet dan duidelijk maken wie er verantwoordelijk is.
Zorg ervoor dat:
- Een eindbeslisser verantwoordelijk is: de accountable, meestal de businessmanager of budgethouder.
- Degene die het uitvoert en toezicht houdt: de responsible, zoals de controller of data-analist.
Door dit eigenaarschap goed te organiseren, zal je merken dat het project beter aansluit bij de praktijk en ook in de toekomst voor de organisatie.
3. Maak inzichten actiegericht
Een data-inzicht waar niemand iets mee doet, heeft weinig waarde. Vraag jezelf bij elk dashboard of rapport af: Wat gaat iemand hiermee doen?
Een helder inzicht leidt altijd tot:
- Actie, zoals het aanpassen, versnellen of beëindigen.
- Besluit, zoals het investeren, aanpassen of opnieuw overwegen.
Leidt het nergens toe? Misschien is het dan (nog) geen bruikbaar inzicht. Vergeet niet dat inzichten niet vanzelf veranderen in verandering. Zorg ervoor dat ze worden omgezet in concrete acties.
4. werk in korte iteraties en stuur bij waar nodig
Dataprojecten vragen vaak veel tijd en energie. Het is daarom slim om niet te wachten tot alles perfect is maar om stap voor stap en meetbaar aan de slag te gaan.
Denk aan:
- Snelle proefprojecten (pilots)
- Heldere evaluaties
- Concrete leerpunten
Op deze manier kun je makkelijk bijsturen, opschalen of stoppen zonder dat je zicht verliest. Vaak zijn het de kleine successen die het grootste vertrouwen in de volgende stap creëren.
5. Integreer data in het ritme van je organisatie
Wil je dat data daadwerkelijk gebruikt wordt? Zorg ervoor dat het past bij de werkwijze van je organisatie. Voeg inzichten te aan huidige overleggen, zoals weekstarts of maandrapportages, en geef aan welke beslissingen je ermee ondersteunt.
En: vier de successen! Laat zien wat het oplevert.
Bijvoorbeeld:
- “Met deze analyse bespaarden we X euro.”
- “Dit dashboard stelde ons in staat om op tijd bij te sturen op Y.”
- “Met deze inzichten sluiten we de maand Z dagen sneller af.”
Op deze manier maakt data onderdeel uit van het werkproces, in plaats weer een extra taak.
Wat kan je nu al doen?
Kies één rapport, dashboard of analyse die je vandaag gebruikt en stel jezelf deze vragen:
- Gebruiken we dit echt?
- Helpt het bij het maken van beslissingen?
- Levert het aantoonbaar iets op?
- Kan het makkelijker of effectiever?
Data is pas goud als het iets oplevert. En dat begint met kleine, concrete stappen die je werk verbeteren.
Meer waarde uit jouw data halen?
Bel ons via +31 (0)20-8965100 of mail naar info@trustit.eu.
